Er was een conferentie
Van padden in de stad
En Zijne Excellentie
Opende het debat:
'Padden aller landen,
Weest u even stil!
U bent in goede handen,
Zeg mij wat u wil!'
De padden gingen praten
Maar het bleek algauw
Dat iedereen in hoge mate
Heel iets anders wou.
'Ik wil een paard', zei Ruiterpad.
'Ik wil een fiets', zei Rijwielpad.
'Ik wil een zwaard', zei Oorlogspad.
'En ik wil niets', zei Hazenpad, en verdween zonder een spoor.
'Doe mij maar stenen', zei Zandpad.
'Stoplichten voor mij', zei Zebrapad.
'Ruimte voor mijn benen', zei Gangpad.
'En ik wil eindelijk vrij', zei Dievenpad,en hij vluchtte ervandoor.
Bospad wou lanen, Slingerpad lianen.
Rechtepad wou kronkels, Kronkelpad wou recht,
Wandelpad wou landingsbanen, netjes aangelegd.
Koffiepad wou suikerklontjes, Levenspad wou avontuur,
Zijpad wou niet recht maar rondjes, Recht van
Overpad een hekje op den duur -
Wie er niets zei, dat was Schildpad:
Die had al alles wat hij ooit gewild had.
Uit: Wit als een wat, van Robert-Jan Henkes