Mijn laatste parkeerbon kan ik me goed herinneren. Ik ging haar de binnenstad, had haast en wist precies wat ik wilde kopen. Pas weken later kreeg ik de bon. Ik was verbaasd, want ik had immers bij de betaalautomaat betaald. Terugkijkend bij de bank, kon ik betaling aantonen. De parkeerambtenaren waren mild, schrapten de boete, maar ze vroegen mij wel om voortaan het bonnetje achter de voorruit te leggen. Stom, dat was ik vergeten. Ik vond de parkeerambtenaren sensitief. Het was in... Den Bosch.
Corien Prins wilde een pakje afgeven, parkeerde in de Utrechtsestraat (foto) en betaalde via de parkeer-app. Bij terugkomst zat er toch een parkeerboete op de ruit. Op de plek waar
ze had geparkeerd mocht ze volgens de bekeuring alleen staan met een
dagkaart. Ik ben bang dat jij en ik of we nu hoog of laag sprongen die boete hadden moeten betalen. Dat denk ik, omdat Corien Prins óók moest betalen. Jammer hè, dat de parkeerambtenaren in onze stad níet zo sensitief zijn. Alleen is zij toevallig professor aan de universiteit. Ze laat het er niet bij zitten en gaat procederen. Tof voor ons, die willen weten hoe het écht zit. Twee rechtbanken (Breda en Den Bosch) stellen de gemeente in het gelijk, die van mening is dat zij niet verantwoordelijk is voor correcte informatie in de parkeer-app. Uiteindelijk krijg Corien gelijk van de Hoge Raad. Het stoort haar dat „tot de dag van vandaag Tilburg niets gedaan heeft om de fout te
herstellen. Terwijl de ambtenaar van de gemeente tijdens de zitting in
Den Bosch al zei dat het vaker fout gaat. De data van zo’n parkeer-app
bieden gemeenten een schat aan informatie, maar de burger is de dupe als
het misgaat.” Dit leidde tot landelijk publiciteit in NRC Handelsblad. Een bravo voor Corien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten