De herfstboom blozend in de brede / schaduw van zijn overvol
verleden / zuigt zijn blaren leeg elk op hun eigen wijze / en elk schreeuw zich
bont van het vergrijzen.
Ze mogen samen nog een slotkoor zingen / van door elkaar
bewogen zonherinneringen / maar hun stemmen worden opgesomd / tot een gesis dat
ieders taal verstomt.
Na een storm ritselen twee drie droge / verstaanbaar nu de
andere zijn vervlogen. / Het schaduwloze licht maakt krassen met / het
luwteloos bewegenloos skelet
maar toont nu het zo lang gezocht verband / tussen de helaas
verdwenen feiten
als een mens met zijn geheugen kwijt en / stilstaand in een
feilloos naakt verstand.
Afgelopen zaterdag is de dichter Leo Vroman overleden. Rust zacht. Dit gedicht werd gepubliceerd in Hollands Maandblad 87/3.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten